Ik ben toch zo blij, dat ik geen econoom ben! Om te beginnen lijkt het me geen leuk vak. En voorts, als je ziet hoe verschillende economen voor dezelfde maatregelen tegengestelde effecten voorspellen, kan je je afvragen, of het eigenlijk wel een vak is. Maar dat is allemaal tot daar aan toe: alle andere beroepseconomen hebben ook geleerd om voor deze incongruentie hun ogen te sluiten, en waarom zou dat mij niet gelukt zijn? Mijn dankbaarheid voor mijn niet-econoom-zijn zit dieper.
Hoogleraren in de economie lopen waanzinnige risici! Zal je een net en fatsoenlijk hoogleraar in de economie zijn, en zal een onverlaat van een journalist in de krant oprakelen, dat je in de examencommissie van onze Joop gezeten hebt! Nou, afgebrand ben je. Dan helpt het echt niet meer, wanneer je met de stukken kunt aantonen, dat je hem de eerste keer hebt laten zakken, want je kunt er niet onderuit, dat je hem uiteindelijk het brevet gegeven hebt .
Ik heb het niet zo op onze Joop; als ik me weer kwaad maak zijn er altijd goedwillende mensen, die proberen met te troosten met de gedachte, dat ik 25 mei a.s. toch op een ander kan stemmen. Maar dat heb ik de vorige keer ook al gedaan! En niet omdat ik voorzag, dat hij de waardigheid van het premierschap te grabbel zou gooien door in de tuin van het Catshuis met voetballers te gaan hossen, niet omdat ik voorzag dat hij, door in de West in zijn onderbroek te gaan zwemmen ons in ons hemd zou zetten, want dat had ik echt niet voorzien. Ik had echt niet durven vrezen, dat hij zich zo plat zou gedragen als hij praat. Ik heb niet op hem gestemd, omdat ik in zijn economische inzichtigen weinig fiducie had.
Mijn reserves zijn maar al te gerechtvaardig gebleken: tijdens het premierschap van onze doctorandus beleeft de Nederlandse economie de ernstigste deuk sinds de tweede wereldoorlog. En weet U, hoe dat komt? Door de oliecrisis. Door de oliecrisis is de prijs van het aardgas zo omhooggesprogen, dat een gewoon mens zou denken, dat de Nederlandse economie op rozen zou moeten zitten, maar dat ziet U helemaal verkeerd. Door de hoge aardgasprijs is de gulden erg hard geworden, door de hardheid van de gulden is onze concurrentiepositie aangetast, en daarmee de werkgelegenheid. Om de werkloosheidsuitkeringen te kunnen betalen, moeten de premies omhoog en is inmiddels het Nederlandse bedrijfsleven zo zwaar belast, dat het hebben van employees in Nederland een onbetaalbare luxe is geworden, zo riskant en onrendabel, dat het buitenland als sinds jaren hier geen rooie cent meer investeert. En het resultaat is verder teruglopende werkgelegenheid, etc. Zo zit dat. Het komt allemaal, omdat we als Nederlandse volkt teveel aan het aardgas verdienen. Omdat het aardgas zoveel opbrengt, moet ZWO dit jaar de subsidiering van individuele onderzoekers drastisch besnoeien. Het is eigenlijk allemaal zo simpel, dat je wel economie gestudeerd moet hebben, om het nog te geloven.
Ik arme, economisch ongeschoolde, moet wel naar een ander verklaring omzien. Ik dacht, dat het wel eens de gevolgen konden zijn van de manier, waarop dit kabinet zijn ongebreidelde nivelleringswoede gepresenteerd heeft, in dit geval in het bijzonder de spreiding van vermogen. Als je "Alles eerlijk delen." presenteert met de belofte, dat we daarna allen even rijk zullen zijn, dan zit je wel moeilijk als de pot, aardgas ten spijt, toch zo beperkt blijkt, dat het op "allemaal even arm" uitdraait. Nu de rekening gepresenteerd wordt, staat de door valse heilsverwachtingen opgezweepte achterban van zijn eigen vakbonden op de achterste poten.
Maar de doctorandus grijpt niet in. Het hossen en de onderbroek hebben hem toch niet zo populair gemaakt, dat hij zijn achterban durft te zeggen, dat hij zich verteld heeft en durft uit te leggen, dat voortschrijdende inflatie op permanente besteling van de spaarder neerkomt. De doctorandus zwijgt en laat het over aan de sociale en economische krachten. Als straks, ter verdere stimulering van onze economie de stakingen losbreken, wie durft dan niet te concluderen, dat dit kabinet schromelijk gefaald heeft?