In "Informatics without computers" —informatie, vol. 19, no. 5 (mei 1977), pg. 272–277— verdedigt R.K. Stamper van de London School of Economics een opvatting over wat zijns inziens informatica hoort in te houden: "Informatica in deze zin is dus vooral een nieuwe benadering van de studie van administratie en management." Om te beginnen tekenen wij hierbij aan, dat, gezien de veel gevarieerdere toepassingsmogelijkheden van computers buiten het gebied van "administratie en management" deze opvatting van R.K. Stamper wel wat eng lijkt.
Voorts herinneren wij er aan, dat in de realisatie van automatische informatieverwerkende systemen —inclusief die ten bate van "administratie en management"— ten minste twee duidelijke subtaken te onderscheiden zijn: ten eerste de specificatie van waaraan een adequaat systeem zou moeten voldoen, en ten tweede de implementatie van een systeem dat aantoonbaar aan de gekozen specificatie voldoet. Als wij ons dat herinnneren valt het op, dat R.K. Stamper het werkterrein geheel naar de eerste subtaak lijkt te willen verleggen. Dat is heel bevreemdend, omdat juist de tweede subtaak zich wel voor een rigoreuze wetenschappelijke behandeling leent, terwijl zulks vande eerste nauwelijks gezegd kan worden.
Als men stelt, dat de wetenschap zich (ter vermijding van kwakzalverij) zou moeten beperken tot die gebieden, waar een wetenschappelijke discipline metterdaad iets uithaalt, zou men, dunkt mij, eerder tot de conclusie komen, dat de tweede subtaak het werkterrein par excellence van de informatica zou moeten zijn.
Niet alleen dat R.K. Stamper's "bredere betekenis" de informatica door de inclusie van de eerste subtaak haast tot een non-wetenschap dreigt te degraderen, door de exclusie van de tweede subtaak wordt het wetenschappelijke geraamte er helemaal uitgebeend: dat harde stuk wordt met dédain overgelaten aan de "veelal kortzichtige computerspecialist". Als R.K. Stamper nog weer eens een goed woordje wil doen voor wat de Engelsen zo sprekend "the soft sciences" noemen, dan mag hij dat, maar dan niet met goedkope verdachtmaking. By the way, wie is hier eigenlijk kortzichtig?
prof. dr. Edsger W. Dijkstra
|